- maart 24, 2020
- Gepost door: Otto Volgenant
- Categorie: Alle berichten
Rel over verkiezing Miss India Holland
De rechter heeft geoordeeld dat vijf ex-finalisten van de Miss India Holland verkiezing niets hoeven te rectificeren. Zij trokken zich vlak voor de finale terug nadat ze hadden gezien dat de organisator zwaar werd mishandeld en hadden gehoord hij door eerdere kandidaten werd beschuldigd van seksueel misbruik. Zij mochten via de pers waarschuwen voor ongepast gedrag van de organisator. Ook als er een zwijgcontract zou zijn.
Vijf ex-finalisten van de Miss India Holland verkiezing 2019 hoeven hun uitlatingen over de organisator niet te rectificeren. Zij stapten kort voor de finale uit de race nadat ze er getuige van waren geweest dat de organisator zwaar werd mishandeld.
Zij hoorden van eerdere kandidaten beschuldigingen van seksueel misbruik. De organisator zou deelnemers hebben voorgetrokken in ruil voor betaling of seks. Daarop besloten de vijf finalisten zich terug te trekken uit de Miss India Holland verkiezing. De organisator sommeerde hen daarop zich aan hun contractuele verplichtingen te houden. Hij stelde hen aansprakelijk voor de schade en wees op de overeengekomen geheimhouding. De pers berichtte over de kwestie. In het AD kwam een van de ex-deelnemers aan het woord: “Ik ben een voorbeeldfiguur. Als ik nu doe alsof alles in orde is, spoor ik daarmee andere meisjes aan om ook mee te doen, terwijl wat hier gebeurt niet ok is.” De organisator spande een kort geding aan. Hij eiste rectificatie, onder meer in het AD, en een verbod op negatieve uitlatingen over hem en de Miss India Holland verkiezing.
De rechter wees zijn vorderingen af. De deelneemsters voelden zich onveilig. Van de politie hadden ze het advies gekregen om met het oog op hun veiligheid niet aan de finale van de verkiezing deel te nemen. Dat de media hier belangstelling voor hebben is begrijpelijk, aldus de rechter. De verklaringen van de ex-deelneemsters zijn op een zakelijke manier in de pers weergegeven, waarbij ook wederhoor is toegepast. Daarbij is ook de visie van de organisator aan de orde gekomen. Volgens hem gaat het om een lastercampagne van een oud-kandidaat, gebaseerd op fabels. Over de gegrondheid van de verwijten kunnen in het beperkte bestek van een kortgedingprocedure geen uitspraken worden gedaan. Gelet op de ernst van de vermeende misstanden acht de rechter het goed verdedigbaar dat de ex-finalisten toekomstige deelnemers via de pers hebben willen waarschuwen, ook al heeft dit grote gevolgen voor de organisator.
De organisator ging in hoger beroep. Zijn vorderingen werden wederom afgewezen. De ex-finalisten voerden aan dat ze korte rokjes op het podium droegen terwijl de organisator vanaf een verlaging keek, dat hij hun aanraakte op schouders of onderrug tijdens catwalk-lessen en dat hij ‘handjes vasthield’. Zij voelden zich daar achteraf niet meer gemakkelijk bij. Volgens de rechter zijn de vermeende misstanden – onveiligheid, ongepast gedrag van de organisator, oneerlijke verkiezingen – (indien juist) op zichzelf beschouwd voldoende ernstig om bekend te mogen maken, mede omdat er jaarlijks nieuwe verkiezingen zijn. Dit geldt ook als er een contractuele verplichting zou zijn om erover te zwijgen. Ook het gerechtshof laat de belangenafweging in het voordeel van de ex-finalisten uitvallen. Zij hoeven niets te rectificeren.
Uitspraken:
Rechtbank Den Haag, 12 juni 2019 (Organisator Miss India Holland / Missen) http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBDHA:2019:5968
Gerechtshof Den Haag, 3 maart 2020 (Organisator Miss India Holland / Missen) http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:GHDHA:2020:359