- juni 2, 2020
- Gepost door: Ron Lamme
- Categorie: Alle berichten, Media en communicatie
Het Picnic-arrest: Max Verstappen-lookalike is toegestaan
Het gerechtshof Amsterdam heeft bij arrest van 2 juni 2020 geoordeeld dat het parodiërend filmpje van onlinesupermarkt Picnic is toegestaan.
Het ging om een humoristische inhaker op de commercial van concurrent Jumbo die door Picnic op Facebook was geplaatst. Jumbo zelf trad er niet tegen op. Max Verstappen meende echter dat Picnic met het filmpje zijn portretrecht had geschonden en eiste enkele tonnen schadevergoeding. De rechtbank kende hem in 2018 een schadevergoeding toe van € 150.000. Het Amsterdamse Hof zet daar nu een streep doorheen en geeft hier een nieuwe afbakening van het portretrecht.
Allereerst is het hof met Picnic van mening dat het portretrecht hier niet is geschonden omdat duidelijk is dat het om een lookalike gaat. Het hof formuleert dat zo:
“De bescherming van een persoon tegen de openbaarmaking van zijn portret ingevolge artikel 21 Aw gaat niet zo ver dat zij zich uitstrekt tot verspreiding van beeldmateriaal waarin bepaalde kenmerken van de verschijning van een persoon door een ander worden uitgebeeld en/of nagespeeld of nagebootst, doch er geen redelijke twijfel bestaat – bijvoorbeeld door het persiflerende of verwijzende karakter van de beelden – dat het niet de persoon zelf betreft doch slechts iemand die op hem lijkt. Dat geldt ook als de associatie met opzet wordt gewekt.”
Picnic heeft volgens de rechter ook geen andere norm geschonden met het filmpje. Dat Verstappen veel geld kan vragen voor endorsements en reclame maakt dit niet anders, zo oordeelt het hof:
“3.4.3. Ten slotte valt niet in te zien dat het enkele feit dat een bekende persoon verzilverbare populariteit geniet reeds zou meebrengen dat het in een (reclame)filmpje nadoen/nabootsen van die persoon, zonder dat verwarring optreedt ten aanzien van de identiteit van de beide betrokken personen, als onrechtmatig jegens deze bekende persoon (en/of diens zakelijke belangenbehartiger) moet worden gekwalificeerd. Dit is niet anders indien degene die het filmpje heeft gepost bij die uitzending in commercieel opzicht (onder meer door vergroting van zijn naamsbekendheid) belang heeft als gevolg van de grote aandacht die de film heeft gekregen, en dit voordeel ook heeft beoogd.”
Kortom, een grapje moet kunnen volgens het hof. Hiermee heeft het hof duidelijk oog voor de toenemende trend van humoristische inhakers online. Met het Picnic-arrest is een nieuwe piketpaal geslagen.
Matthijs Kaaks van Boekx advocaten stond Picnic in deze zaak bij.