- May 1, 2014
- Posted by: Otto Volgenant
- Category: All posts
Persvrijheidsmonitor 2013 door Otto Volgenant en prof. Gerard Schuijt
Nederland scoort jaar in jaar uit goed in internationale persvrijheidsranglijsten. Toch was 2013 geen jubeljaar. 2013 was vooral het jaar waarin bekend werd dat de overheid onder het mom van terrorismebestrijding op zeer grote schaal informatie verzamelt over burgers. Ook in Nederland. En dat treft ook journalisten.
Met de mond belijdt de Nederlandse overheid het belang van persvrijheid. In reactie op een rapport aan de Europese Commissie sprong de staatssecretaris van OC&W in de bres voor de journalistiek. Hij wees de suggestie van een nieuwe toezichthouder die boetes aan journalisten kan opleggen af. Ook het ontnemen van de journalistieke status als sanctiemogelijkheid stelde hij – terecht – terzijde. ‘De journalistiek is een vrij beroep en dat moet vooral zo blijven’, aldus staatssecretaris Dekker. Maar de praktijk was in 2013 niet altijd zo rooskleurig. De rechter tikte afgelopen jaar de media een paar keer stevig op de vingers. Een adequate wettelijke regeling voor bronbescherming laat al jaren op zich wachten. Journalistiek gebruik van drones werd door nieuwe regelgeving onmogelijk gemaakt. Klokkenluiders worden hard aangepakt. En de overheid maakt zich er niet druk over dat het op grote schaal afluisteren van burgers ook journalisten treft.
Portretrecht, privacy en het Koninklijk Huis
De Hoge Raad heeft benadrukt dat bij de publicatie van portretten van verdachten van strafbare feiten terughoudendheid op zijn plaats is. Het Parool publiceerde een foto van een verdachte van een zwaar geweldsmisdrijf. Herkenbaar, niet voorzien van een balkje over de ogen, en ook niet geblurd. De verdachte had eerder meegewerkt aan een televisiedocumentaire, waarin hij herkenbaar in beeld was. Maar door daaraan mee te werken was hij niet een zodanig publiek figuur geworden dat hij daardoor moet dulden dat zijn herkenbare portret werd gepubliceerd door de krant, aldus de rechter. Het Parool had ook andere middelen tot haar beschikking dan het volledig herkenbaar afdrukken van de foto, zonder afbreuk te doen aan de zeggingskracht van de publicatie over zijn rechtszaak. Het Parool moest € 1500,- smartengeld betalen. Voor publieke figuren ligt dit bepaald anders. Die moeten accepteren dat ze gefotografeerd worden en dat die foto’s gepubliceerd worden. De Hoge Raad beslechtte een procedure die Johan Cruijff voerde tegen de uitgever van het fotoboek ‘Johan Cruijff. De Ajacied’. Foto’s van ‘personen die door hun beroepsuitoefening bekendheid genieten’ die zijn gemaakt in voor het algemeen publiek toegankelijke plaatsen, mogen in beginsel worden gepubliceerd. Dat is – tot op zekere hoogte – inherent aan hun beroepsuitoefening en de daarmee gemoeide bekendheid en belangstelling van het publiek. Het toekennen van een verbodsrecht, zoals Cruijff wilde, zou een vrije en onafhankelijke informatievoorziening van het publiek ernstig in de weg staan. Het Koninklijk Huis waakt scherp over haar privacy en aarzelt niet om naar de rechter te stappen als de media te ver gaan. De Mediacode die de RVD hanteert voor de omgang van het Koningshuis met de pers blijft een heikel punt. De RVD trekt de grenzen scherper dan vanuit juridisch oogpunt is toegestaan. Nieuwe Revu publiceerde foto’s van Prinses Amalia op het hockeyveld, en dat is in strijd met de Mediacode. Het Koninklijk Huis heeft…